Wij zijn dol op vetplanten, met name echeveria en sempervivum (zie bovenste foto)! Ze zijn makkelijk te verzorgen – je hoeft er maar weinig aandacht aan te besteden en ze doen het al snel goed (geef ze alleen niet te veel water). Ook zijn ze mooi om te zien, ook als ze niet bloeien! Ze zijn een perfect voorbeeld van de gulden snede in de natuur. Vetplanten stekken is gelukkig helemaal niet moeilijk. Zo heb je snel en gratis een nieuwe plant.
Vetplanten stekken door blaadjes in de grond te leggen
Er is een heel gemakkelijke manier om succulenten (vetplanten) te vermeerderen. Je kunt simpelweg een blaadje van je plant afhalen en hem in (stek)grond leggen. Geef het af en toe wat water, en dan komen er na verloop van tijd kleine worteltjes aan. Zelf vind ik dat heel bijzonder om te zien. Het kan verstandig zijn om de ‘wond’ van het blaadje eerst een beetje te laten uitdrogen, voordat je het op de grond legt. En er zijn zelfs mensen die de blaadjes eerst een tijdje op de vensterbank leggen, waardoor er al worteltjes ontstaan voordat ze de blaadjes in de aarde leggen. Kijk vooral wat bij jou en voor jou goed werkt.
Baby-plantjes stekken
Onder de moederplant, of aan de stam van de moederplant, groeien vaak jonge plantjes. Deze kun je splitsen van de moederplant door ze los te snijden. Gebruik hiervoor een scherp en schoon mes. Als je deze baby-plantjes uitplant, krijg je op den duur een nieuwe vetplant. Er zouden zich vanzelf worteltjes moeten ontwikkelen.
De top van vetplanten stekken
Deze manier zou ik je niet aanraden als je je moederplant mooi wil houden. Maar je zou de top uit de plant kunnen snijden, en die opnieuw uitplanten. Zo had ik ooit zelf een vetplant die te snel groeide, omdat hij te weinig licht kreeg. Hierdoor werd het een lange slungel, waarvan de top te zwaar werd. Die knakte op een gegeven moment om, waardoor de plant afstierf. De top zette ik in de grond, en is het weer een plantje op zich geworden.
