In mei kun je flink wat planten snoeien. We helpen je met dit artikel op weg in drie categorieën: heesters, groenblijvers en vaste planten.
Heesters snoeien in mei
Heesters als forsythia en ribes, die uitgebloeid zijn, kun je in mei snoeien. Hiervoor haal je elk jaar na de bloei één of twee dikke takken bij de grond weg. Op die manier verjong je de struik. Na zo’n vier jaar heb je de allerdikste takken gehad, en begin je weer van voren af aan.
Groenblijvende hagen & vrijstaande struiken
Eind mei of begin juni snoei je groenblijvende hagen en vrijstaande struiken voor de eerste keer. Denk aan buxus, ilex crenata, hulst en laurier. Door ze twee keer per jaar te snoeien houd je de hagen mooi dicht en de snoeivormen mooi compact – je laat ze niet te ver uitgroeien. Snoei ze bij bewolkt weer, want volle zon kan voor verbranding zorgen.
Na de snoeibeurt is het goed om wat organische mest bij deze groenblijvers te strooien. De tweede snoei doe je aan het eind van het groeiseizoen, in augustus of begin september. Buxus en ilex crenata kunnen zelfs wel drie keer per jaar een snoeibeurt gebruiken.
Vaste planten snoeien in mei
Halverwege mei is het tijd om vaste planten te snoeien of toppen. Daar schreven we eerder al eens dit artikel over. In mei wordt een pol vaste planten al aardig hoog. Je kunt de helft van de scheuten terugsnoeien, dan haal je ongeveer een derde van de lengte eraf. Voor elke stengel die je afknipt, komen er twee scheuten terug. Deze gesnoeide stengels bloeien later dan de ongesnoeide stengels. Zo krijg je stevige planten en een mooi gespreide bloei.
Dit kun je bij heel veel vaste planten doen, zoals phloxen, monarda, asters, sedum en margrieten. Probeer het eens met een paar planten en kijk in de loop van de zomer naar het resultaat.